Windenergie en subsidie


De Rijksoverheid wil dat in 2020 14% van alle gebruikte energie in Nederland uit duurzame bronnen komt. En in 2023 is dat 16%. We hebben alle duurzame energiebronnen nodig. Op dit moment is windenergie voor Nederland de meest efficiënte en goedkoopste vorm van duurzame energie. Hierbij zijn zowel windparken op zee als op land nodig.

In 2020 moet Nederland voor 6.000 MW vermogen aan windmolens op land hebben staan. Dat staat in het Energieakkoord voor duurzame groei. Op dit moment staat er ongeveer 3.350 MW (stand januari 2019). Er moet dus nog een vermogen van ruim 2.600 MW bij komen, dat zijn 700 tot 1.000 windturbines. In 2023 staat er voor minimaal 4.450 MW vermogen aan windmolens op zee. Ook deze afspraak staat in het Energieakkoord voor duurzame groei.

De doelstelling van de Provincie Zeeland is het realiseren van 570,5 MW windenergie voor 2020. E-Connection werkt momenteel aan het optimaliseren van de concentratielocatie Oosterscheldekering en ziet mogelijkheden voor nieuwe locaties en grotere windturbines. Hiermee verwacht E-Connection de nu reeds geïnstalleerde 80 MW uit te breiden tot ca. 130 MW in 2020. Dat is bijna een kwart van de Zeeuwse doelstelling.
Deze windturbines staan in drie verschillende gemeenten. De meeste staan in Veere op het werkeiland Neeltje Jans (ruim 100 MW). De andere staan in Schouwen-Duiveland en Noord-Beveland. Met deze windturbines draagt E-Connection bij aan de duurzame doelstellingen van deze gemeentes.

Lees hier meer over de uitbreiding van windenergie op de Oosterscheldekering.

Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat de energie die nodig is om een windturbine te produceren, te bouwen en te onderhouden na drie tot zes maanden draaien van de windturbine al is terugverdiend. Daarna leveren windturbines nog 20 tot 25 jaar lang schone, CO2-vrije energie.

In een land als Nederland waar het vaak en hard waait, zijn windturbines heel effectief. Windturbines staan alleen stil voor onderhoud en als het onvoldoende waait. Het onderhoud van windturbines wordt zoveel mogelijk gepland tijdens windstille periodes. Moderne windturbines produceren 90-95% van de tijd dat het waait elektriciteit. Windturbines worden nog steeds doorontwikkeld en efficiënter. Ze worden groter, omdat het op grote hoogte harder en constanter waait. Ze krijgen langere bladen en betere besturing, zodat ze meer elektriciteit leveren tegen lagere kosten. Hierdoor wordt windstroom goedkoper.

Windturbines produceren duurzame elektriciteit. Die hoeft dan niet door bijvoorbeeld kolen-, kern- of gascentrales te worden opgewekt. Hierdoor draaien deze centrales op een lager pitje of worden ze uitgezet. Dat bespaart brandstof, er wordt minder kolen en gas verstookt en dat zorgt voor CO2-besparing.

Windparken ontvangen de eerste 15 jaar een minimum garantieprijs voor de daadwerkelijk geproduceerde elektriciteit, niet op de ontwikkel- of bouwkosten. Omdat de productiekosten van 1 kWh windenergie hoger zijn dan de kosten voor de productie van 1 kWh grijze stroom garandeert de overheid het verschil via de Stimulering Duurzame Energie, de SDE-regeling. Hiermee wil de overheid duurzame energie stimuleren. Overigens zijn in de kostprijs van grijze stroom (van fossiele brandstoffen) niet alle externe effecten verrekend, zoals gezondheid en klimaat.